Plastikos

Van 1 februari tot en met eind april verblijft beeldhouwer Jan Eric Visser als artist-in-residence op VierVaart in Groede, tijdelijk binnenlandatelier van het Mondriaan Fonds. VierVaart, gelegen op een voormalig boerenerf in het polderlandschap van Zeeuws-Vlaanderen, brengt beeldende kunst, biologisch tuinieren en verblijven in de natuur samen. VierVaart werd in 2016 opgericht door Iris Cornelis en Maartje Korstanje in samenwerking met Maartje’s ouders, Piet Korstanje en Heleen van Elsacker. De beroepspraktijk van Jan Eric Visser richt zich volledig op de transformatie van zijn persoonlijk anorganisch huisvuil tot autonome sculpturen. Zijn werken adresseren de circulariteit van de natuur en de in alles aanwezige levenscyclus.

Afval en voedsel 

Kuilbalen in weilanden en opgestapeld bij boerderijen. Karakteristieke volumes in uitgedachte kleuren, maar wat gebeurt er eigenlijk met al het plastic als de kuil gevoerd is aan het vee? Deze centrale vraag zet mijn residency meteen op scherp. Je kunt immers moeilijk de ecologische haalbaarheid van onze voedselproductie bevragen terwijl je zelf afval produceert en grondstoffen verspilt.
Ik wil zoals altijd geen afval produceren tijdens het werkproces. Dat is voor mij mijn hele kunstenaarsleven al een vanzelfsprekend gegeven, maar ook een complex experiment dat veel bedachtzaamheid vereist. Verspilling is doorgaans inherent aan creatie en experiment. Ik wil echter niets weggooien en niets overhouden ook niet onder tijdsdruk. Ook wil ik blijven kijken naar mijn eigen consumptiepatroon. Op VierVaart is een grote biotuin met compostvaten. Daar kan ik mijn biologische groente- en fruitafval in kwijt, maar hoe voorkom ik restafval in deze tijdelijke context? 

Je kunt immers moeilijk de ecologische haalbaarheid van onze voedselproductie bevragen terwijl je zelf afval produceert en grondstoffen verspilt

Bij aankomst maak ik direct contact met de al eerder benaderde boeren in de omgeving om het voor mij bewaarde wikkelfolie op te halen. De pakketten blijken flink te ruiken: het plastic is vervuild en nat. Het moet eerst gereinigd, maar hoe doe ik dat zonder chemische middelen en niet te veel water te gebruiken? Kan dat in de aangrenzende vaart? Veel afvalfolie moet ik laag voor laag afpellen. De associatie met garnalenpellen dringt zich op. De opgehangen drogende vellen roepen op hun beurt de associatie op met de huiden van geslachte dieren. Als het weer het toelaat hang ik het plastic over takken en op stokken buiten te drogen. In no time zit ik in het ritme van het platteland waar alle werkzaamheden worden afgestemd op het weer.

Ik wil geen afval produceren tijdens het werkproces

Tussendoor doe ik proefjes met dit voor mij nieuwe afvalmateriaal. Wil het krimpen, rekken, vouwen, snijden, scheuren, onderling hechten, et cetera. Kan ik er de hoogte mee in of volume creëren zonder lijm te gebruiken of andere additieven? Op verzoek krijg ik van een plaatselijk RK kerk een hoeveelheid devotiekaarsstompjes. Met deze afvalwas kan ik wellicht verbindingen maken of andere problemen oplossen. Onderweg kom ik nog een houten afval plaat en pallet tegen. Deze blijkt een ideale werktafel, die op termijn weer een andere bestemming zal krijgen. 

Dilemma’s

In de aanwezige studio omgeven door gereinigd plasticfolie in verschillende groentinten leveren de eerste proeven de eerste kleine werken op. Hoe schaal ik echter op? De projectruimte op VierVaart, waar aansluitend een presentatie zal plaatsvinden, is ruim. Ik voel een wens naar monumentaliteit, maar ook behoud van menselijke maat. Misschien gaat  dit veel energie kosten? Een blik op het dak neemt dit bezwaar enigszins weg: 35 zonnepanelen! Terwijl ik in de studio worstel met materiaal, zwaartekracht en formaat, worstel ik in het beschikbare appartement met mijn dagdagelijkse afval. Het beste zou zijn om zelf alles te verbouwen zoals hier op VierVaart gebeurt. Dat is mij al lang bekend. Echter autarkisch leven kost veel tijd en gaat ten koste van tijd voor kunst. Deze residency legt mijn eeuwige dilemma tussen menszijn en kunstenaarschap opnieuw bloot. 

Deze residency legt mijn eeuwige dilemma tussen menszijn en kunstenaarschap opnieuw bloot

Iris komt langs om enkele foto’s te maken. Haar blik valt op een net voltooid abstract werk dat ik op een aanwezig formica eettafeltje heb geplaatst. De verhoudingen zijn precies goed. Voedsel en afval lijken onlosmakelijk met elkaar verbonden van productie tot consumptie: opbouw en afbraak ineen. Voorzichtig informeert Iris of ze haar vintage tafeltje kwijt is aan een kunstwerk? 

Nafta

Hoogste tijd om uit te zoeken wat dit voor folie is. Kan het kwaad om hier mee te werken? Navraag leert dat het materiaal lage dichtheid polyetheen (LDPE) is. Dit is een thermoplast van olie. De productie van kunststof begint zoals bekend met de distillatie van ruwe olie in een olieraffinaderij. Hierbij wordt de zware ruwe olie in groepen van lichtere componenten gescheiden, die fracties worden genoemd. Een van die fracties is nafta, de belangrijkste fractie voor de productie van kunststoffen, waaronder LDPE. 

Deze dualiteit in de titel spreekt mij aan: kunst en milieu, twee grootheden die ik al zo lang verenig

De wikkelfolie blijkt familie van de plastic tas, huishoudfolie en andere voedselverpakkingen. De taaiheid en rek komt door het productieproces waardoor de moleculen sterk vertakken. LDPE is uitstekend recyclebaar, zo lees ik. Ik kom online bij een bedrijfsfilmpje terecht van een bedrijf dat tegen betaling afvalfolie ophaalt bij een blije boer. Zijn folie wordt gereinigd, geëxtrudeerd, gegranuleerd en wordt dan met nieuwe LPDE gemengd voor bijvoorbeeld de bekende KOMO huisvuilzak. Een voorbeeld van downcycling in een door olie geregeerde zogenaamde circulaire economie, die plastic blijft uitbraken en vuilverbrandingsovens blijft voeden. Dit stopt pas wanneer we het fossiele tijdperk achter ons laten en overstappen op renewables.

Houvast

Ondertussen rijgen de dagen zich aaneen. Ik geniet van de rust, ruimte en prettige sfeer. Een enkele strandwandeling biedt welkome afwisseling. Zo ook een uitje naar de visboer in Breskens. Genietend van een gebakken visje op de kade valt mijn oog echter op een grote hoeveelheid rode, blauwe, groene en witte stukjes kunststoftouw die achtergelaten zijn op het plaveisel. Een man vraagt mij wat ik doe als ik ze begin op te rapen. Hij vertelt dat het van Urker vissers komt die hier aanmeren. Tijdens het boeten van de netten draaien ze luide kerkelijke muziek. Ik kijk in mijn emmertje met kleur. Kleur is altijd welkom en dit waait in ieder geval de zee niet meer in. 

Ik begin houvast te voelen. Misschien gaat het toch lukken om in relatief korte tijd door te dringen tot de essentie van het materiaal? Onder mijn handen ontstaat eerst nog een zwart amorf object gemaakt van zwart wit siloplastic gevuld met vervuild moeilijk te reinigen wikkelfolie waar ik graag vanaf wil. Op het object breng ik een wit handvat aan van een container waarin ecologische schoonmaakmiddel heeft gezeten. Zo ontstaat een Take Away sculptuur die goed in de hand ligt. Instagrammable constateer ik met enige ironie. 

Wat rest is de vraag waarom wij als mensheid ons nest zo vervuilen 

De werktafel als mal gebruikend ontstaat er een reliëf van meerdere lagen plastic. Ik breng er een halve sinaasappelschil op aan, want deze mag niet in het biocompostvat. Vervolgens raak ik verzeild in een zoektocht naar transformatie en vorm. Elke nieuwe vorm biedt voor mij uitzicht op een nieuwe manier van leven en overlevingsstrategie, waarin alles van waarde is en niets verloren gaat. Ondertussen raakt de studio overvol. Ik besluit enkele werken alvast naar de presentatieruimte te brengen, ook om te zien hoe ze zich in de ruimte gedragen. 

Wat rest

Het einde van de residency komt in zicht, zo niet de coronamaatregelen. De officiële opening van de tentoonstelling wordt uitgesteld, maar de titel staat vast: Plastikos. Plastikós is het Griekse woord voor kneedbaar, vormbaar. Het woord plastic in de zin van vervormbaar materiaal is ervan afgeleid. Dit geldt ook voor het woord plastiek, een term uit de beeldhouwkunst die verwijst naar een vorm die ontstaat uit een kneedbare massa. Deze dualiteit in de titel spreekt mij aan: kunst en milieu, twee grootheden die ik al zo lang verenig. Bovendien vat de titel de kern van mijn werk hier samen: plastic opwaarderen en vormen tot plastiek. 

Aan het eind gekomen van mijn werkperiode kijk ik met tevredenheid terug op een productieve tijd. Mede door corona werd ik grotendeels op mijzelf teruggeworpen, maar op het erf verkeerde ik in aangenaam gezelschap. Ik voel me dankbaar voor deze plek, die zo in harmonie is met de natuur. 

Wat rest is de vraag waarom wij als mensheid ons nest zo vervuilen. Afval legt het collectief onvermogen bloot om ergens iets wezenlijk van te begrijpen en ons te verhouden tot de kwetsbare levenscyclus. Ik moet denken aan een tweetal regels uit een gedicht van Gerrit Kouwenaar op een van de vuilniswagens van Roteb in Rotterdam, de stad waar ik na mijn residency terugkeer: 

wat rest is het raadsel, bevrijd van zijn zenen 

is het helder als afval, lekker als waarheid 

www.janericvisser.nl 

www.viervaart.nl 

Meer Columns

ADVERTENTIES