Gemene grond

  • opdrachtgeverschap en openbare ruimte

Gemene Grond is een kunstprogramma in de openbare ruimte dat zich tot en met 2030 ontwikkelt ten westen van het oude centrum van Utrecht. Een belangrijk doel van Gemene Grond is om door middel van kunst bij te dragen aan een openbare ruimte waarin alle mensen, dieren en planten goed gerepresenteerd worden. Het programma stelt kennis, geld en ruimte beschikbaar om samen met bewoners te bepalen hoe dit ingezet wordt voor kunst in de openbare ruimte. De eerste opdracht is verstrekt, een mooie aanleiding voor Esther Didden om in gesprek te gaan met Carolien de Boer, programmamanager namens de afdeling Culturele Zaken van de gemeente Utrecht, en Xandra van der Eijk, beeldend kunstenaar.

Het kunstprogramma past goed in de traditie van het kunstbeleid van de gemeente Utrecht, vertelt De Boer. Het beleid is ambitieus en kunstopdrachten komen op verschillende manieren tot stand. Bij grote stedenbouwkundige ontwikkelingen worden meerjarige programma’s ontwikkeld waarin gereageerd en gereflecteerd kan worden op de stedelijke en sociaalmaatschappelijk transitie die daarbij tot stand komt. Gemene Grond is daar een voorbeeld van. Zo’n meerjarig programma geeft ruimte om kunstenaars onderzoek te laten doen. Daarnaast is er nog steeds een percentageregeling van waaruit kunstopdrachten worden verstrekt. En er is een fonds waarmee vragen en initiatieven uit de stad kunnen worden gerealiseerd.

Het kunstprogramma past goed in de traditie van het kunstbeleid van de gemeente Utrech

Gemene Grond richt zich op het westen van Utrecht, waar nu al veel mensen wonen en dat worden er straks nog meer. De Boer schetst de grootschalige stedelijke veranderingen: bij het Lombokplein komt er onder meer een park en wordt de rivier Leidse Rijn weer doorgetrokken, het centrumgebied wordt vergroot met de ontwikkeling van het Beurskwartier en er wordt een nieuwe woonwijk gebouwd op een voormalig bedrijventerrein: Merwede. Gemene Grond bestrijkt deze drie deelgebieden, waarbij rekening wordt gehouden met de specifieke eigenschappen van elk gebied.

De Van Sijpesteijntunnel is onderdeel van deze grootschalige stedelijke ontwikkeling en is onderdeel van een belangrijke fietsverbinding tussen het westelijk deel van de stad, het centrum en Utrecht Science Park aan de oostkant. De tunnel wordt intensief gebruikt, maar is ook behoorlijk gedateerd. Er is voor gekozen om de eerste kunstopdracht aan deze tunnel te koppelen. De Leidse Rijn wordt doorgetrokken naar de Singel en daarmee wordt een ecologische verbinding tussen de waterwegen hersteld en kan men straks ook een recreatief vaartochtje maken.

De opdracht voor de 115 meter lange tunnel is aan kunstenaar Xandra van der Eijk gegeven. In haar werk is water een centraal thema: “Ik ben geïnteresseerd in het ontmantelen van de natuur-cultuur divisie die in ons westerse deel van de wereld het narratief bepaalt. Ik ben geïnteresseerd in het gelijk beschouwen van alle entiteiten die een ecosysteem bepalen; het niet langer centraal stellen van de mens maar juist ook andere actoren de aandacht geven. Ik ga daarbij uit van de situatie zoals deze nú is, met alle actoren die actief zijn en samen een ecosysteem vormen, zonder oordeel.”

Haar eerste bezoek aan de tunnel herinnert Van der Eijk zich nog levendig. Ze zag een groot donker gat. Het water stroomt er lichtjes en naast de kadewand loopt het fietspad. Het water blijft op dezelfde hoogte stromen maar het fietspad buigt naar beneden en dan weer omhoog. Van der Eijk vertelt dat de fietsers in de tunnel eerst naar beneden razen en vervolgens keihard moeten trappen om weer uit de tunnel te komen. Het water kan je als fietser daardoor makkelijk ontgaan.

Xandra van der Eijk:
“Ik ben geïnteresseerd in het ontmantelen van de natuur-cultuur divisie”

De Van Sijpesteijntunnel bevat de meerdere werelden waar Van der Eijk zo van houdt. Er is flora en fauna, water en er is de tunnel zelf, met zijn harde materialen en hij duikt ook nog eens onder twaalf treinsporen door. Ze wil die totaal verschillende belevingswerelden bij elkaar brengen. In de tunnel is geen zonlicht, terwijl als water door fel zonlicht wordt aangelicht, er prachtige waterpatronen ontstaan die reflecteren. Die reflecterende patronen zijn esthetisch, visueel rustgevend en wekken onmiddellijk de associatie met water op. Dat bracht haar op het idee om in de tunnel een lichtsculptuur te maken zodat waterpatronen gereflecteerd worden op de kadewand en het plafond. Elke beweging van het water zie je terug in de reflectiepatronen. Als treinen over de tunnel rijden bijvoorbeeld, of als er straks bootjes varen of dieren zich door het water bewegen. Ze wil de aanwezigheid van water ervaarbaar maken en het atmosferisch licht van buiten doortrekken naar binnen en combineren met de waterpatronen. De kleur van de lucht buiten wil ze doorvertalen naar de kleur van het licht binnen. In samenspraak met experts onderzoekt ze verdere ingrepen om de tunnel leefbaar te maken voor andere gebruikers dan de mens.

Naar verwachting wordt het kunstwerk eind 2024 of begin 2025 opgeleverd. De komende tijd gaat er binnen Gemene Grond nog veel meer gebeuren. Zo is Merve Bedir gestart met een artistiek onderzoek in Merwede en de wijken er omheen.

Fotografie
Bovenaan: Paulus van Dorsten
in artikel: Xandra van der Eijk

Meer Artikelen

ADVERTENTIES