De hedendaagse kunstpraktijk

  • opdrachtgeverschap en openbare ruimte

Als je als kunstenaar werk maakt voor de openbare ruimte dan heb je, na verloop van tijd, meestal flink wat werken in die openbare ruimte staan. Na de feestelijke onthulling wil je een kunstwerk graag loslaten en je concentreren op nieuw werk, maar de praktijk laat zien dat loslaten er eigenlijk niet bij is. Opeens gaat de telefoon en informeert een omwonende je dat het kunstwerk er slecht bij staat.

Dit is een voorbeeld, er zijn vele varianten. Dat lijkt de kern te zijn van de hedendaagse kunstpraktijk: enerzijds aandacht en inzet voor nieuw werk en anderzijds zorg voor een kunstwerk dat al enige tijd in de buitenruimte staat. En hoe meer werk je hebt gerealiseerd, hoe drukker dat deel van je praktijk wordt, of je nu wilt of niet. Esther Didden sprak daar dit voorjaar uitgebreid over met Peter Struycken en Carel Blotkamp. We kregen veel reacties van kunstenaars op dit artikel, met twee van hen sprak Esther verder.

Het Koningshek

Margot Berkman kreeg in 2011 voor de inhuldiging van Koning Willem-Alexander de opdracht ‘het Koningshek’ te maken op initiatief van de Stichting Nationale Boomfeestdag en de Koninklijke Bond van Oranjeverenigingen. In alle Nederlandse gemeenten werd een Koningsboom geplant en de gemeenten konden het sierhek erbij bestellen. Ruim zestig gemeenten deden dat. Het ontwerp van Berkman bevat symbolische elementen zoals een sinaasappelboom en de regalia.

In een niet nader te noemen gemeente, had iemand met een slijptol een van de vier sinaasappelbomen uit het glanzend gepolijste kunstwerk gezaagd. De gemeente bracht het hek naar een lokale bronsgieter en vroeg het te repareren. Een bevriende kunstenaar was bij de bronsgieter op bezoek en informeerde Berkman, die niet op de hoogte was. Voor dit soort incidenten heeft ze een vaste reparateur. Berkman belde de bronsgieter en liet hem weten dat hij geen kopie mocht maken van haar kunstwerk.

Uiteindelijk bracht Berkman in opdracht van de gemeente een offerte uit en herstelde het werk. Ze kreeg de indruk dat de gemeente vond dat ze moeilijk deed terwijl zij niet begrijpt dat je een kunstwerk wilt herstellen zonder dat je de maker informeert of de technische specificaties kent. De afdeling groenvoorziening is verantwoordelijk voor het onderhoud van het openbare groen, en daartoe behoort ook de Koningsboom. De mensen die daar werken constateren een probleem, zoals bijvoorbeeld een losse stoeptegel en lossen dat op. Op die manier zijn ze ook met het vernielde kunstwerk omgegaan.

In een niet nader te noemen gemeente, had iemand met een slijptol een van de vier sinaasappelbomen uit het glanzend gepolijste kunstwerk gezaagd

Elk geplaatst kunstwerk wordt door Berkman voorzien van een onderhoudsdocument met daarin ook haar contactgegevens. Ze heeft de indruk dat dergelijke documenten, of ze nu fysiek zijn of digitaal, zelden worden overgedragen. Als er een nieuwe cultuurambtenaar komt zou zoiets juist bij de overdracht moeten zitten, maar dat gebeurt niet. Ze vraagt zich af of de kunstwerken in de openbare ruimte wel als een collectie worden beschouwd. Een collectie waar je aandacht, tijd en geld aan moet besteden om het kwalitatief goed te beheren en waarvan je alle specificaties zorgvuldig bewaart. Nu Berkman veel grote kunstwerken in de openbare ruimte heeft gerealiseerd, constateert ze dat in gemeenten die voor hun kunstcollectie een onderhoudscontract hebben met een extern bedrijf, de kunstwerken er het beste aan toe zijn.

Welkomstbord

Frank Havermans maakte meerdere werken voor de openbare ruimte. Hij vertelt dat zijn werk Kapkar/BB-N34 in Borger, een van de 100 sleutelwerken, in 2013 is opgeleverd en sindsdien nooit meer is schoongemaakt. Ook als hij denkt dat het onderhoud van een kunstwerk contractueel goed is dichtgetimmerd, blijkt keer op keer dat het contract niet wordt nageleefd. Als kunstenaar kan je dan vrijwel niks beginnen, behalve eindeloos mailen en bellen. Hij noemt het een energievreter, het is een negatief aspect en als kunstenaar wil je je juist richten op nieuw werk. Een recent voorbeeld. In de gemeente Gennep maakte hij een kunstwerk in de buitenruimte.

Nadat het gras was aangegroeid reed hij er heen met een fotograaf om dit werk goed te documenteren. Er bleek een groot bord bij geplaatst te zijn met de tekst ‘Welkom in Hommersum’. Het werk was niet meer te fotograferen zonder dit bord. Sterker nog, Havermans wist niet dat dit bord er zou komen, maar dacht dat alleen zijn kunstwerk er zou staan. Na veel overleg, een grote dosis spanning en een half jaar geduld is dit gelukkig opgelost.

Er bleek een groot bord bij geplaatst te zijn met de tekst ‘Welkom in Hommersum’

Elke opdracht begint met ambitie zowel bij hem als bij de opdrachtgever. Maar waar blijft die ambitie in de loop der tijd? Wanneer maakt die ambitie plaats voor onverschilligheid? Want dat is het probleem, constateert Havermans. Eerst heeft het kunstwerk alle prioriteit en aandacht, maar op een bepaald moment verdwijnt dat. Hij pleit ervoor dat gemeenten hun kunstwerken laten onderhouden door externe gespecialiseerde bedrijven, en dat deze bedrijven naast contact met de gemeente – hun opdrachtgever – ook het contact met de betreffende kunstenaar onderhouden als er iets aan de hand is. Nu doen deze bedrijven dat niet, dat laten ze aan hun opdrachtgever over. Maar dat werkt niet. Tot slot een positieve noot. Bij tijdelijke kunstwerken, zeg voor pak ‘m beet zes maanden, heeft Havermans dit nooit. Dan breekt het moment van onverschilligheid niet aan, dan begint de opdracht met ambitie en eindigt daar ook mee. Een opdracht voor een tijdelijk kunstwerk neemt hij mede om die reden dan ook bijzonder graag aan.

Meer Artikelen

ADVERTENTIES