Rotterdam, 21 juni 2022
Lieve Allen,
Ten eerste wil ik iedereen bedanken voor zijn reactie, ondanks dat ik ze niet allemaal heb kunnen beantwoorden deed het mij goed; en specifiek de kunstenaars die hun brieven zo eerlijk schreven. Leonie, Jelle, Repelsteeltje, Hannah en Loes.
Ik ben nu bijna een jaar geleden afgestudeerd, maar het besef van de tijd is verwrongen. Ik bevind me nu al een jaar in een tussenwereld. Zoals de jonge vrouw in The Bell Jar onder de vijgenboom. Ik vertel mezelf dat ik nog de tijd heb de juiste vijg te kiezen voordat ze verschrompelen, zwart worden en neervallen voor mijn voeten. Vooral in de kille wintermaanden is het stil geweest, leken mijn voeten vastgevroren in de harde aarde.
Ik bevind me nu al een jaar in een tussenwereld
Ik had in de wintermaanden enkele online meetings met BioArt Laboratories, ik zit namelijk in hun talent pressure cooker programma om mijn project genaamd Touching Death verder uit te werken. Het idee van een urn omhuld met huid ontstond na het overlijden van mijn opa aan COVID19 in oktober 2020. Ik werkte dit idee vluchtig uit tijdens mijn minor, mijn leraren verwezen me door naar het Bio Art werkveld. In de lente zou ik in het lab beginnen en tot die tijd hield ik me bezig met het vooronderzoek. Wat betreft materialen en technieken verliep het goed, maar ik zat klem op het herdefiniëren van het concept en de filosofische implicaties ervan. Het verliep in cirkels en ik twijfelde aan alles. Ik vertoonde depressieve trekken die ik maar al te goed herkende, en dacht terug aan die balans waar ik het eerder over had. Alles of niets lijkt toch nog steeds typerend voor mij. Hoe zeer ik mijzelf er ook tegen probeer te verzetten. Ik vond het werk van Julia Kristeva Powers of Horror: An Essay on Abjection een week voordat ik zou beginnen in het lab. “The corpse, seen without God and outside of science, is the utmost of abjection. It is death infecting life.” (Kristeva, 4). Ik vond hierin wat ik nodig had, ik wist dat ikm ijn persoonlijke rouwprocess los moest weken van het concept.
Alles of niets lijkt toch nog steeds typerend voor mij. Hoe zeer ik mijzelf er ook tegen probeer te verzetten
Ik werk nu wekelijks in het lab dat zich bevindt in Duitse bunkers uit de Tweede Wereldoorlog vermomd als boerderij. Hier verscholen in de bossen net buiten het centrum van Eindhoven krijgt mijn project steeds meer vorm. De eerste testfase is alweer achter de rug. Ik werk met kombucha waarop zich een scoby (symbiotic culture of bacteria and yeast) vormt, hier heb ik drie verschillende vormen van dna aan toegevoegd, bloed, haar en geïsoleerd dna. De scoby neemt al deze materialen goed op. Als je de scoby droogt krijg je een leerachtige structuur en de gisten lijken net aders. De scoby behandel ik daarna met parabenen om het te beschermen tegen schimmels en rot. Ik heb twee miniatuur versies van de urn gemaakt, een met een basis van bijenwas en de ander met een basis van keramiek. En voor de uiteindelijke versie ga ik alledrie de soorten dna toevoegen aan de scoby.
Collectiviteit is heel belangrijk maar we hebben ook allen ons dagelijks brood nodig
Voor het onderzoek heb ik een beurs aangevraagd, ik wacht daar nu de uitkomst van af. Ik wil mijn bevindingen uitgeven in een kleine publicatie in samenwerking met twee schrijvers en een grafisch vormgever. Wellicht dat ik er ook een handleiding bij doe, zodat ieder zijn eigen urn kan maken. Ik hoop dat ik de beurs krijg, zodat ik de samenwerking aan kan gaan. Zodat zij ook eerlijk betaald kunnen krijgen voor hun bijdrage. Collectiviteit is heel belangrijk maar we hebben ook allen ons dagelijks brood nodig.
Ik kijk uit naar de Dutch Design Week dit jaar, omdat ik er da nin volle aanwezigheid bij kan zijn. Met een project dat zoveel verder is dan waar het begon, met een opa die trots op mij zou zijn. Ik zal BioArt Laboratories wel missen naderhand, met alle inspirerende mensen, lieve dieren en zijn mooie omgeving. Het zal dan tijd worden de vijg te plukken.
Ik zou nog willen vragen, denk je dat je de juiste vijg hebt geplukt?
Hopelijk ontmoet ik jullie nog ergens.
X. Lauren.