Het bedrijf neemt mensen aan die elders geen werk kunnen vinden. Ze worden zonder controle en onvoorwaardelijk aangenomen, er is alleen een wachtlijst. Het bedrijf is volledig gebaseerd op vertrouwen en openheid en wil de levens van mensen in positieve zin beïnvloeden, hen een tweede kans in het leven geven. Daarom bakken ze muffins. En het werkt: ex-gedetineerden vinden er een nieuw leven, tienermoeders bouwen hun bestaan op. Met een geniale omdraaiing van enkele regels uit het bedrijfsleven laat Glassman ons op indrukwekkende wijze de mogelijkheid van een andere wereld zien.
Wat Bernie Glassman en zijn bedrijf doen is wat kunstenaars ook doen: een alternatieve wereld tonen, “kijk, zo kan het ook zijn”. Een nieuwe kijk geven op bestaande dingen en op die manier de wereld een beetje mooier maken. Dat is wat kunstenaars kunnen en doen, of ze nou autonoom werk maken of werk in opdracht, maatschappelijk geëngageerd of in een abstractere context: kunstenaars laten aan de wereld een alternatieve realiteit zien.
Mijmerend over de documentaire dacht ik aan de vele vluchtelingen die op zoek zijn naar een tweede kans en toe zijn aan een positieve invloed in hun leven. Hoe mooi zou het zijn als alle kunstenaarsinitiatieven die ruimte over hebben een deel daarvan beschikbaar stellen voor bijvoorbeeld een gevlucht kunstenaarsgezin? Hoe zou het zijn – voor iedere betrokkene – om een gevluchte kunstenaar en zijn of haar gezin een context te bieden waarin zij verder kunnen met hun leven, en hun werk, of in elk geval de kans krijgen daar een poging toe te doen? Een artist-in-residence, maar dan anders.
Het is niet meer dan een idee, en we weten wat zich bevindt tussen droom en daad*. Maar het is een mogelijkheid en er zijn er andere mogelijkheden. We leven in een wereld waarin er behoefte is aan het vermogen de wereld een spiegel voor te houden, dingen om te draaien en andere mogelijkheden te laten zien, betekenis te creëren. Kunst en kunstenaars zijn daarbij onmisbaar.